De minister stuurde het voorstel rondom middenhuurwoningen begin oktober naar de Eerste en Tweede Kamer. Het ging om drie aanpassingen in het woningwaarderingsstelsel, daarnaast kregen alle studenten de mogelijkheid om een tijdelijk huurcontract af te sluiten.
Met 111 stemmen stemde een ruime meerderheid van de Tweede Kamer een dag later tegen het voorstel van Keijzer. Die wil nu in gesprek met de Kamer over maatregelen om verhuurders meer ruimte te bieden en zo huurwoningen te behouden. Volgens de minister is het aantal woningverkopen door bedrijfsmatige en particuliere investeerders in de eerste helft van het jaar met 41 procent toegenomen tot 29.400 woningen.
3-5-O huurcontract
Met de Wet betaalbare huur en de Wet goed verhuurderschap is er volgens Vastgoed Nederland ruimte om het huurcontractenbeleid te herijken zonder afbreuk te doen aan fundamentele huurdersrechten. Met de invoering van het 3-5-o huurcontract ontstaat er een middenweg tussen vaste contracten en korte tijdelijke huur.
Bij deze regeling krijgen huurders krijgen minimaal 3 of 5 jaar zekerheid, plus een opzeggingsvergoeding als de verhuurder het contract beëindigt. Daar staat tegenover dat verhuurders de flexibiliteit behouden om na afloop de huurrelatie te herzien, zonder direct vast te zitten aan onbepaalde tijd.
Het verwachte effect van het 3-5-o huurcontract is dat er meer doorstroming ontstaat omdat langere, tijdelijke contracten verhuur weer aantrekkelijker maken voor particulieren. Ook wordt zo het aanbod in de middenhuur weer vergroot. Dit stimuleert de doorstroming en helpt huishoudens passende woonruimte te vinden, wat weer bijdraagt aan beter gebruik van de woningvoorraad.
